11 mrt Schone schijn bij ondernemers
Regelmatig hoor ik van ondernemers dat ze met een zeker respect kijken naar een collega-ondernemer omdat zij denken dat die het veel beter doet dan zij. Hieronder ook weer zo’n voorbeeld.
GRONINGEN Twee nette advocaten, die erg goed zijn in hun vakgebied, zijn als vrienden gestart, draaien prima en vullen elkaar ook nog aan als ondernemer. Zelfs corona in 2020 heeft eigenlijk geen invloed op hun bedrijf gehad.
Zij hebben een collega/vriend die, in tegenstelling tot hun manier van werken, voor groei gegaan is. In diezelfde periode zijn bij die vakgenoot zeven advocaten in twee vestigingen komen te werken. Daarnaast heeft hij ook nog tijd om college te geven bij de RUG. Zonder de cijfers te zien snap ik dat onze klanten hem als succesvol zien.
Ze zijn dan ook zeer vereerd als hen door de snelle groeier gevraagd wordt de beide bedrijven samen te voegen, mede omdat deze meer tijd aan de thuissituatie moet wijden. De twee advocaten, klanten van ons, vragen of wij mee willen denken en kijken. Dat is voor mij het echte leuke werk.
Cijfers van de snelle groeier
Ik vraag: mag ik de cijfers zien van de praktijk van de snelle groeier. Die krijg ik. En vervolgens schrik ik van de matige kwaliteit van onze collega financiële dienstverlener. De snelle groeier had voor advies blijkbaar geen geld over en de kwaliteit van het werk is er ook naar. De snelle groeier is technisch failliet en wordt alleen maar in leven gehouden door leningen in de privésfeer.
Het kost onze klanten wat tijd om aan de hand van onze informatie door te krijgen dat de snelle groeier er een puinhoop van heeft gemaakt. Omdat het nette ondernemers zijn melden ze keurig aan hun vriend ‘wij gaan het niet doen maar willen wel meedenken/adviseren om dit echte probleem op te lossen’.
Ook wij hebben de snelle groeier aangeboden dat wij hem – als hij nog wil landen – om niet wel willen vertellen hoe wij denken dat hij de zaak mogelijk kan redden.
De vraag blijft: durft de groeier over zijn puinhoop heen te stappen en te saneren of laat hij dat de bank, de crediteuren of de belastingdienst doen – onder dwang.